=Dinsdag, 25 september 2012= De wekker op 4 uur gezet om naar de sterren te kijken. Tevergeefs het was volledig bewolkt. Vroeg in de ochtend werden we een beetje nat tgv stijgregens. Tijdens het afwassen van het ontbijtbestek stonden we te praten met een Nederlander uit Duiven die eenzelfde type VW camper had als wij. Het was een wat ouder model. Hij vertelde hoe zij de auto hadden gekocht en wat ze er allemaal mee deden. Een eigen vw-camper geeft de vrijheid om op elk moment een weekendje erop uit te trekken. Je hebt bed en keuken bij je. Plus je kunt de auto naar eigen inzicht aanpassen. Het blijft echter een dure hobby. Vandaag willen we REGGIO NELL EMILIA bezoeken. Een stad op de lijn MODENA, PARMA. De laatste twee steden hadden we al eerder bezocht en de sfeer beviel ons toen enorm. Vlak land, zodat je kunt fietsen, studentikoos, gezellig en met de loomheid van een warme Nederlandse nazomermiddag. REGGIO bleek echter niet thuis te horen binnen die gevoelswereld. Het is een oude wat rommelige stad zonder nazomersfeer.
De camping zag er nogal formeel uit met een aparte opstelplaats met het bordje “pas- controle”. De receptioniste was echter een allervriendelijkste mevrouw. Ze ging een kopie maken van onze paspoorten, maar dat duurde wel erg lang. Ik moest nodig naar de wc en was al een beetje aan het mopperen in mijzelf. Toen ze eindelijk terugkwam gaf ze ons een kopie met 8 blaadjes A4 waarop nieuws van de “Wereldkrant”. Een internetuitgave van Radio Nederland Wereldomroep waarin je het dagelijkse nieuws kon lezen. Ook kregen we een kaart van de omgeving en folders van het natuurpark. En dat alles gratis. Gelijk na ons kwam er een morsig uitziende Nederlander die in zijn eentje met een camper op stap was. Ook hij moest zich inschrijven en al die tijd moesten we wachten. Het toilet werd steeds noodzakelijker. De mevrouw belde haar zoon, want die zou ons naar de plek brengen.
Hij kwam eraan met een jeep. Nogal kostbaar dacht ik. Typisch Italiaans, die rijden liever dan dat zij lopend op weg gaan. Hij ging voor ons uit rijden en binnen 10 meter ging ik met bijna 20 graden omhoog. Het lukte net in zijn eerste versnelling. Daarbij ging hij ook nog haarspeldbochten door en was de weg net tweeënhalve meter breed langs een diepe kloof. Gelukkig vol bomen, zodat je niet diep zou vallen als je van de weg zou afglijden. Hij parkeerde op een horizontaal veldje en het uitzicht was grandioos. We keken over de Apennijnen uit met een groot aantal bergtoppen en heel in de verte nog net de po-vlakte in zicht. ’s Avonds zagen we de verlichting van PARMA, REGGIO en vermoedelijk ook nog MODENA. We raakten al snel aan de praat met de Nederlander en dan merk je weer hoe verkeerd je mensen kunt inschatten. Een aardige man vanuit Tilburg met een filosofische kijk op het leven.
Hij was bezig om een reis met herinneringen aan zijn overleden vrouw te maken. Hij vertelde over zijn reis via Tsjechië, Oostenrijk, de Balkan, Moldavië. We hebben de hele sociale en culturele geschiedenis vanaf de eerste wereldoorlog tot heden besproken, de jeugd van heden ten dage, het verlies aan arbeidsuren tgv televisiekijken en nog vele andere onderwerpen. Het was een gezellige prater. Na het avondeten zijn we sterren gaan kijken. De dochter van Casseiopeia en Cepheus hebben we gezien: Andromeda als een halve boog rechts naast Casseiopeia. Ook hier hebben we de Melkweg niet gezien. Het ging tegen half elf regenen. Een bijzondere camping met prachtig sanitair en in een uur tijd hebben we indrukwekkende regenwolken gezien.
We hadden de auto aan de rand van de stad geparkeerd en waren per fiets naar het centrum gegaan. Deze stad had wel fietspaden, maar je had moeite om ze te vinden. Soms reed je op een drukke verkeersweg en kwam je er bij een rotonde pas achter dat je al die tijd parallel aan een verborgen fietspad had gereden. Andere fietspaden waren goed, maar hielden plotseling op. Of een fietspad eindigde in een voetpad zonder afrit. Ik moet wel zeggen dat de auto’s rekening met de fietsers hielden. Al redelijk snel hielden we het voor gezien en gingen we naar de camping. Misschien kunnen we daar nog een wandeling maken. Het bleek dat we wederom diep de Apennijnen indoken. Bij de camping aangekomen stuurde Truus ons een steile bergweg op. We zagen echter geen camping en hadden de neiging om weer terug te rijden. De weg was te smal om te keren dus we moesten door. Na een kilometer zagen we toch nog de ingang van onze camping. Truus had het dus goed aangegeven.
Het voelde zelfs een beetje spooky aan. Het stadsplein is opvallend met gezellige bankjes en een fontein a la de bedriegertjes, de architectuur doet echter Oostduits aan door een groot gebouw met een betonnen uitstraling en hoge betonachtige zuilengalerijen. Het is echter geen beton maar marmer met de kleur van beton. Ook hebben we hier de slechtste cappuccino ooit gedronken. Het was toch wel een trendy uitziende bar met een vlotte vrouwelijke bediening, maar het koffieapparaat stond precies verkeerd om. Bij de meeste bars kun je met de barista meekijken wat hij doet. Bij deze bar stond het apparaat precies 180 graden gedraaid, waardoor je wel het gezicht van de barista zag, maar je kon niet zien wat zijn handen deden. Twee uur later had ik nog steeds de smaak van warme melk met suiker in de mond.
uitzicht een uur later Uitzicht 10 minuten later uitzicht om half acht slachtoffers Oost-Duitsland in Italië REGGIO NELL EMILIA